Je wilt online onderzoek doen naar een onderwerp uit de geschiedenis. Hoe kun je dit aanpakken? En waar moet je aan denken? Erfgoedplatform Overijssel maakte in samenwerking met Erfgoedvrijwilliger.nl en Beleef! Media onderstaande video die je in 5 stappen meeneemt bij het doen van online historisch onderzoek. Daarnaast vind je in dit artikel diverse tips, tricks en handige websites die van pas kunnen komen bij je online zoektocht!

Educatieve video’s voor erfgoedvrijwilligers

Deze video is onderdeel van een project van OPEN (Overleg Provinciale Erfgoedinstellingen Nederland) en is mede mogelijk gemaakt door het Fonds voor Cultuurparticipatie.

De verschillende erfgoedhuizen in Nederland leveren video’s aan met verdiepende informatie en praktische handvatten voor erfgoedinstellingen en -vrijwilligers. De video’s worden gedeeld op de website van Erfgoedvrijwilliger.nl en zijn daarnaast te vinden in de kennisbank van Erfgoedplatform Overijssel.

1. De onderzoeksvraag

Voordat je meteen het internet op gaat en als een kip zonder kop van de ene website naar de andere surft: wacht even!

Formuleer eerst een onderzoeksvraag. Dat geeft richting en helpt je zoektocht af te bakenen.

Een goede onderzoeksvraag geeft aan over welk onderwerp, welke periode je iets wilt weten en welk aspect van dat onderwerp je bijzonder interesseert. Probeer zo specifiek mogelijk te zijn! Door een gerichte vraag te stellen voorkom je dat je veel tijd steekt in dingen die voor je onderzoek niet zo belangrijk zijn.

Bij grotere onderzoeksvragen is het zinvol om naast een hoofdvraag ook deelvragen te formuleren. Het is normaal dat onderzoek ook vaak weer leidt tot nieuwe vragen. Voeg die gerust toe aan je lijst met deelvragen, maar probeer je deelvragen wel systematisch af te gaan. De onderzoeksvraag kun je altijd gaandeweg je onderzoek nog bijstellen en aanscherpen.

Lees hier meer over het formuleren van een goede onderzoeksvraag, probleemstelling en deelvragen.

>> Tip: Check altijd de informatie die je online vindt

Als je online historisch onderzoek doet, is het belangrijk om je er bewust te zijn dat niet alle informatie even betrouwbaar is. Bij elk stukje informatie moet je je afvragen: wat is de bron? Hoe betrouwbaar is deze webpagina, en wie heeft dit geschreven?

Er wordt namelijk ook veel onzin op het internet gezet. Dubbelcheck dan ook altijd de informatie die je online hebt gevonden. Bijvoorbeeld door het genoemde boek erop na te slaan of aanvullende bronnen te zoeken die de informatie ondersteunen.

Op de site Geschiedenis Vandaag vind je een bruikbaar stappenplan dat je kunt gebruiken om de betrouwbaarheid van je historische bron te beoordelen.

>> Tip: Orden de gevonden informatie

Op het internet vind je snel relatief veel informatie. En voor je het weet klik je door zonder de bron van je gevonden informatie te noteren. Probeer een systeem te bedenken, bijvoorbeeld in een Excel of Worddocument waarbij je goed bijhoudt welke informatie je hebt verzameld. Houd ook goed bij waar je deze informatie gevonden hebt, door middel van een bronvermelding of url. Zorg ervoor dat je de informatie altijd weer terug kunt vinden. Dat kan een hoop frustratie en terug-zoekwerk schelen!

In de Onderzoeksgids Geschiedenis van de Universiteit Utrecht vind je meer informatie over programma’s waarin je gevonden literatuur en bronnen kunt invoeren en bijhouden.

2. De oriëntatiefase

Probeer met je voorlopige onderzoeksvraag in de hand eerst een beeld te krijgen van het onderwerp dat je wilt onderzoeken: kijk wat je kunt vinden over het onderwerp via zoekmachines, probeer verschillende formuleringen, synoniemen en variaties. Met een zoekactie in Google is soms al verrassende informatie te vinden.

Je kunt op Google je zoekresultaat op verschillende manieren verfijnen en verbeteren. Om het aantal resultaten te beperken kan het dan handig zijn om slimme zoektermen te gebruiken. Lees hier meer over handigheidjes die het zoeken en filteren in google makkelijker en overzichtelijker maken.

Het kan ook helpen om meerdere zoekmachines te raadplegen, zoals Bing en Yahoo, omdat die vaak weer andere zoekresultaten opleveren. Kijk hier voor een overzicht van alternatieve zoekmachines die je anno 2023 kunt gebruiken bij het online zoeken.

Online encyclopedieën en naslagwerken

Het kan bij je eerste oriëntatie nuttig zijn om online naslagwerken en encyclopedieën te raadplegen. Wikipedia is een bekend voorbeeld van zo’n online naslagwerk waar veel informatie te vinden is. Bedenk je bij gebruik van dit platform wel dat het een open naslagwerk is, waar auteurs zelf informatie kunnen toevoegen. Wees je hiervan bewust en check altijd de bronverwijzingen!

Voorbeelden van andere online encyclopedieën en naslagwerken die je ter oriëntatie op je onderwerp kosteloos kunt gebruiken zijn:

Meteen de bronnen in of eerst literatuuronderzoek?

Aan het einde van de oriëntatiefase kun je je verdere strategie bepalen. Bij heel gerichte, kleine vragen hoef je niet altijd de literatuur in te duiken. Bijvoorbeeld als je alleen op zoek bent naar een foto van een gebouw of een specifiek archiefstuk. Dan kun je direct naar de fase van het brononderzoek gaan. Als je uitgebreider onderzoek wilt doen, bijvoorbeeld met meerdere complexe deelvragen, dan ligt het raadplegen van de literatuur als volgende stap voor de hand.

3. Het literatuuronderzoek

Heel veel onderwerpen zijn al eens onderzocht. Ga dus bij een diepgaand onderzoek na wat er al over je onderwerp is geschreven in de wetenschappelijke literatuur.

Voor het doen van online literatuuronderzoek kun je terecht op verschillende websites: google scholar is bijvoorbeeld een zoekmachine van google waarmee je literatuur naar boven kunt halen. Soms zijn de publicaties gedigitaliseerd en kun je meteen doorklikken, maar vaak staat er ook een link waarmee je het E-book kunt aanschaffen.

Bibliotheken

Bij online historisch onderzoek bieden de bibliotheken een schat aan informatie:

  • De Openbare Bibliotheek kan bij het eerste literatuuronderzoek goede diensten bewijzen. Meestal is het aanbod aan literatuur over het (lokale) verleden wel beperkt. Overigens hebben veel openbare bibliotheken tegenwoordig een ‘Historisch Informatiepunt’ (HIP) of ‘Historisch Ontmoetingspunt’ (HOP). Deze zijn opgezet in samenwerking met archieven en historische verenigingen en geven informatie over de lokale of regionale geschiedenis.
  • Voor meer wetenschappelijke literatuur kun je terecht in universiteitsbibliotheken, of op de websites van het Huygens Instituut en de Koninklijke Bibliotheek in Den Haag. De KB heeft van vrijwel elk boek dat in Nederland is verschenen een exemplaar. Door te zoeken in World Cat krijg je snel een overzicht van literatuur in bibliotheken bij jou in de buurt. Soms is online raadplegen alleen mogelijk als je staat ingeschreven of een lidmaatschap hebt.
  • Voor gespecialiseerde literatuur ligt de bibliotheek van het lokale of regionale archief of museum meer voor de hand. De bibliotheekcollectie van Collectie Overijsel en Digitale Bibliotheek Overijssel vormen bijvoorbeeld een mooi startpunt wanneer je een beeld wilt krijgen van publicaties rondom een veelvoud aan historische onderwerpen in Overijssel. Ook lokale historische verenigingen hebben meestal een interessante collectie boeken en tijdschriften over plaatselijke of regionale onderwerpen. Hier vind je een overzicht van erfgoedorganisaties in Overijssel.

>> Tip: Gebruik de sneeuwbalmethode

Begin bij een zo recent mogelijke publicatie over een onderwerp. Kijk vervolgens in het voetnotenoverzicht, de verwijzingen en literatuurlijst om te zien welke literatuur de auteur heeft gebruikt.

Hiermee krijg je snel een beeld van wat er in de loop der tijd is gepubliceerd over een onderwerp. Deze methode heet de Sneeuwbalmethode. Houd er wel rekening mee dat je voorganger literatuur kan hebben gemist en dat je niet altijd een volledig overzicht krijgt met deze methode alleen.

Tijdschriften

Voor zowel nationaal, regionaal als lokaal onderzoek kunnen tijdschriftartikelen heel nuttig zijn. Probeer gespecialiseerde tijdschriften te vinden waarin het onderwerp (mogelijk) is behandeld. Meestal zijn de gedigitaliseerde edities online te vinden. Je kunt dan kijken en zoeken in de online registers. Op de site van de Universiteit Utrecht staat een handig overzicht van online databases. En veel gedigitaliseerde tijdschriften zijn doorzoekbaar via het Digital Publishing Platform & Content Publishing Solutions | Issuu.

Voor een onderzoek naar een onderwerp in Overijssel zijn er regionale tijdschriften zoals Zwols Historisch Tijdschrift en Overijssel Toen en Nu interessant. En denk ook aan jaarboeken van historische verenigingen, bijvoorbeeld het Deventer Jaarboek. Deze zijn overigens niet altijd compleet online te vinden, dus soms zal je hiervoor de betreffende organisatie moeten benaderen.

Heb je gevonden wat je zocht?

Soms kun je het antwoord op je onderzoeksvraag al in de literatuur vinden. Maar het komt ook regelmatig voor dat de beschikbare literatuur niet diep genoeg ingaat op je onderzoeksvraag. Of dat je het niet eens bent met de conclusies van de onderzoeker. In die gevallen kun je de uitkomsten van de eerdere onderzoeken op een rijtje zetten en aan de hand daarvan je onderzoeksvraag en deelvragen aanscherpen. Wat is volgens jou essentieel om nog uit te zoeken?

Als je na het literatuuronderzoek nog steeds op zoek bent naar informatie om je vraag te beantwoorden, dan is de volgende stap het brononderzoek.

4. Het brononderzoek

Maak voor jezelf een lijstje van archieven en andere verzamelplaatsen waar je mogelijk meer informatie zou kunnen vinden om je onderzoeksvraag te beantwoorden. Er zijn grofweg twee categorieën bronnen, die je kunt gebruiken bij je onderzoek:

Primaire bronnen

Primaire bronnen zijn bronnen die een directe link hebben met het onderwerp dat je onderzoekt, denk aan ooggetuigenverslagen en andere informatie uit de eerste hand.

Doe je onderzoek naar een historisch persoon, dan vormen zijn of haar inschrijving in de burgerlijke stand, brieven, vakantiefoto’s of bijvoorbeeld een dagboek primaire bronnen.

Het liefst vind je als onderzoeker natuurlijk zoveel mogelijk primaire bronnen.

Het nadeel is dat ze moeilijk te vinden zijn en vaak maar een klein stukje van het verleden laten zien. Je hebt dan dus veel primaire bronnen nodig hebt om een completer beeld te krijgen.

Secundaire bronnen

Secundaire bronnen hebben weliswaar een link met je onderzoeksonderwerp, maar zijn uit de tweede hand. Een biografie over iemand, een schilderij waarop die persoon staat of een stamboom of overlijdensbericht in de krant zijn secundaire bronnen. De informatie is samengesteld door een maker die met zijn eigen gekleurde bril naar de gebeurtenissen of persoon heeft gekeken.  

Waar vind je online bronnen?

Je kunt bronnen vinden in online archieven. Handige startpunten zijn dan archiefdatabases zoals:

Voorbeelden van thematisch ingestoken databases zijn:

Ook op lokaal en regionaal niveau bestaan zulke verzamel websites. Zo heb je in Overijssel de provinciale archiefverzamelplaatsen Collectie Overijssel en het platform ‘Mijn stad, mijn dorp’ waar historische verenigingen en musea hun collectie digitaal kunnen aanbieden, maar ook historische verhalen kunnen delen. Voor Oost-Nederland vormt ten slotte de Atlas van Ooit hét startpunt voor onderzoek over (museale) objecten en ander erfgoed.

5. Beantwoording en verslaglegging

Heb je genoeg materiaal gevonden om je onderzoeksvragen te beantwoorden? Dan kun je de uitkomsten verwerken in een verslag, boek of artikel.

In het filmpje Hoe maak ik een product van mijn erfgoed gaan we dieper in op de verschillende vormen waarin je je onderzoek kunt presenteren.

Andere bruikbare websites

Hieronder vind je een overzicht van andere handige informatieve, verantwoorde en uitgebreide verzamelwebsites die van pas kunnen komen bij je literatuur- en brononderzoek naar onderwerpen uit de Nederlandse geschiedenis:

Meer informatie over het doen van historisch onderzoek

  • P. de Buck, M.E.H.N. Mout, G. Musterd en J. Talsma, Zoeken en schrijven. Handleiding bij het maken van een historisch werkstuk (Baarn 2002; tiende druk)


Zoek hieronder naar handige tips voor vrijwilligers